Gender stereotypering

Ik ben gaan nadenken over hoe wij het leven van onze kinderen manipuleren.

Voor haar verjaardag kreeg onze jongste telg een groot politiebureau van Playmobile. En de politiehelikopter die daar perfect bij past. Sommige van onze gasten raakten daar een beetje van in de war. In plaats van de: “Oooh, wat moooiiii!” die we meestal wél horen wanneer een grote roze  pop onder het pakpapier vandaan komt, kreeg onze dochter nu een gelaten: “Oh, leuk hoor.” Waarna een gedempt gesis mijn kant op kwam: “Een politiebureau? Wilde ze dat?”

Roze & blauw

Het zit gebakken in onze maatschappij: gendertypering. Dat begint al bij de geboorte: roze voor een meisje, blauw voor een jongen. Niets mis mee op zich vind ik, want een beetje onderscheid moet kunnen. En ik ben zelf ook meer dan schuldig geweest aan het in stand houden er van: adorabele roze jurkjes, strikjes in haartjes die nog geeneens lang genoeg waren om een strikje in te doen om maar te zwijgen van al het roze speelgoed dat de verjaardagen en sinterklaasavonden kleurden.

Maar hoe hard ben ik daarop terug gekomen toen onze oudste dochter transgender bleek te zijn en verder door het leven wilde als jongen. In eerste instantie was ik verdrietig en zelfs verontwaardigd;  waar ging het fout? Een vraag die ik mijzelf stelde. En dát lieve lezers, is nog eens een hele foute vraag! Want wat is er fout aan? Je bent wie je ben, toch?

Ik ben gaan nadenken. Over hoe wij het leven van onze kinderen manipuleren. Sturen in een richting die WIJ willen in plaats van te kijken naar wat ZIJ willen. Onze dochter heeft in het verleden vaak laten zien dat ze anders prefereerde. Maar ik zag het niet. Ik wílde het niet zien. Zo klein als ze was, had ze al een sterke voorkeur voor ‘stoer’. Een rok of jurk was geen favoriet, gewoon een spijkerbroek en T-shirt. Toch bleef ik jurkjes voor haar kopen, ondanks dat ik diep van binnen wist dat ze die niet graag droeg. Ik loog tegen mezelf door te denken: “Maar deze vindt ze heus wel mooi want er staat een stoere print op.”
Ook wanneer we samen gingen shoppen, vond ik haar steevast op de jongensafdeling. “Deze is mooi mama!” Waarop ik zonder nadenken antwoordde dat dit de ‘verkeerde’ afdeling was en we hier dus niets gingen kopen. Nee, in plaats daarvan smeerde ik haar dingen aan die ík wilde, zelfs al moest ik haar soms omkopen met de belofte van een ijsje of iets anders. Of ik shopte online. Op die manier had IK de regie. Als ik daaraan terug denk, schaam ik mij de ogen uit mijn kop! Hoe kun je je eigen kind zo verloochen?

9026_1494939273581_Auto's of barbies

Genderneutraal?

Toch doen we het allemaal. Vaak onbewust, maar toch. Want nu ik er zelf meer op let, zie ik het regelmatig terug bij andere ouders. Het meisje dat enthousiast naar de technisch lego wijst in de speelgoedzaak, maar bijna gedwongen wordt toch nog even in de ‘roze hoek’ te kijken. Want ja, dit is eigenlijk voor jongens, niet voor meisjes.
Of zoals laatst in een kledingwinkel: een jongetje dat triomfantelijk naar een Elsa shirtje wees waarop de moeder achteloos antwoordde: “Nee joh, Elsa is toch voor meisjes?” Ik kóók van binnen als ik dat soort uitspraken hoor. Wil die ouders door elkaar schudden: “Hoor nou eens wat je zegt tegen je kind!” Wil ik dan zeggen, maar doe het natuurlijk nooit. Want nog niet zo lang geleden was ik zelf geen haar beter.

Maar moet dan alles genderneutraal? Oh nee, alsjeblieft niet! Onderscheid mag en moet er blijven. Maar het is de manier waaróp. De jongens- en meisjesafdeling van een kledingzaak? Waarom niet gewoon ‘kinderkleding’? Want daarmee maak je het onderscheid al kleiner. Het hoeft niet allemaal neutraal, maar hang het lekker door elkaar en laat het kind bepalen wat hij wel of niet leuk vindt.

Zo ook met speelgoed. Bij warenhuizen zie ik complete zuurstokroze afdelingen versus de stoerdere afdeling die dan bedoeld is voor de jongens. Waarom? Je kunt toch gewoon rangschikken op ‘Playmobile’ of ‘Lego’? Moet dat dan ook nog eens onderverdeeld in meisjes of jongens?

Ik denk dat wij als maatschappij over dergelijke dingen nog eens heel goed moeten nadenken. Want we gaan soms wel een beetje ver vind ik. Ik merk namelijk bij mijn kleutertje dat het gevoel voor gendertypering er wél in zit, ondanks dat wij daar thuis niet aan meedoen. Zij gilt net zo hard als de andere kinderen: “Oh, da’s voor meisjes!” Wanneer bijvoorbeeld dat ene jongetje in zijn Elsa T-shirt op school komt. Of nagellak draagt.

Bewustwording

Op dergelijke momenten instrueer ik mijn jongste dan ook onherroepelijk met de uitspraak: “Iedereen moet doen waar hij/zij blij van wordt!” Maar ik vraag me wel af hoe ze aan zo’n opvatting komt als het niet bij ons vandaan komt? Tja, ik vrees bij leeftijdsgenootjes. Leeftijdsgenootjes die opvattingen hebben die zijn opgelegd door de maatschappij. En ook door de ouders. Onbewust waarschijnlijk, want niet iedereen is hier zo gericht mee bezig als wij, maar is dat niet waar verandering begint; bewustwording?

Wanneer je de verschillen tussen de genders minder ‘dwingend’ maakt, voorkom je dat kinderen zélf ook gaan (ver)oordelen. En voor kinderen die zich net een beetje anders voelen of gewoon een andere voorkeur hebben dan wat wij in hokjes voor hen uitgestippeld hebben, maken we het dan een stukje makkelijker. Hoe fijn zou het voor hun zijn wanneer zij niet zo hoeven te op te boksen tegen de gendertypering die wij hun opleggen? Zodat ze geen verantwoording meer hoeven af te leggen wanneer ze anders kiezen dan de rest? Niet naar ouders en niet naar leeftijdsgenootjes. Opdat ze zonder schaamte of vrees voor veroordeling kunnen zeggen: “Gewoon, omdat ik dat leuk vind.”

Advertisement

3 thoughts on “Gender stereotypering

Leave a Reply

Fill in your details below or click an icon to log in:

WordPress.com Logo

You are commenting using your WordPress.com account. Log Out /  Change )

Facebook photo

You are commenting using your Facebook account. Log Out /  Change )

Connecting to %s